Gezondere appeltaart en nog super lekker ook

In de herfstvakantie wilde mijn zoon graag een appeltaart bakken. Ik vind dat altijd heel gezellig en hij bakt niet zo vaak iets met mij, dus we gingen op zoek naar een lekker recept. We hebben het zelf een beetje aangepast om het wat gezonder te maken. Dat vind ik dus altijd leuk om uit te proberen. Er zit wel wat suiker in, maar een stuk minder dan normaal.

Dit heb je nodig voor deze heerlijke appeltaart

Voor het deeg:

300 g volkorenmeel

4 zakjes vanillesuiker

25 g suiker

Evt. snufje zout

175 g vloeibare margarine

1 ei

2 el water

Voor de vulling:

7 à 8 appels (wij gebruikten Elstar appels)

3 zakjes vanille suiker

75 g rozijnen

Kaneel (wij deden ongeveer 5 theelepels)

50 g havermout

En zo maak je deze heerlijke appeltaart

Verwarm de oven voor op 180 graden. Zeef het volkorenmeel boven een beslagkom (er blijven wat vezels achter in de zeef, je kunt er nog wel wat door het meel doen. Maar zo is het meel wat luchtiger.) Meng het meel, de suiker, de vanillesuiker en het zout door elkaar. Meng het ei, het water en de margarine erdoor. Kneed het tot een soepel deeg. Bij ons was het vrij plakkerig. Verpak het deeg in plastic folie en leg in de koelkast.

Dan kunnen we nu de vulling gaan maken. Doe de rozijnen in bakje lauw water. Snijd de appels in kleine stukjes. Wij lieten de schil er gewoon aan, maar we verwijderden natuurlijk wel de klokhuizen. Giet de rozijnen af en  laat ze even uitlekken op een keukenpapiertje. Doe ze samen met de appel, kaneel en vanillesuiker in een kom. Roer dit goed door. 

Leg op de bodem van een springvorm een bakpapiertje en smeer de zijkant in met margarine. Haal het deeg uit de koelkast en verdeel dit goed in de springvorm. 

Strooi de havermout over het deeg, dit is voor het vocht van de appels. Vul nu de taart met het appelmengsel en druk stevig aan.

Bak nu de taart 1 uur in de oven tot hij goudbruin en gaar is. Even laten afkoelen en dan kan het smullen beginnen.

En nu is het niet de vraag of je deze taart gaat uitproberen, maar wel wanneer. Laat je nog weten wat je ervan vond? Vind ik hartstikke leuk.